‘Knotsenburg swingt de pan uut’ is het motto van dit carnavalsseizoen. Ik moest gelijk denken aan carnaval in Rio, waar honderdduizenden schaars geklede mensen in een tropische hogedrukpan 4 dagen lang onafgebroken samba dansen.
In onze stad wordt er ook heel wat afgeswingd, al vatten we al die kronkelende bewegingen hier samen onder de noemer hossen. Je hoeft echter niet vier dagen onafgebroken te hossen om van Knotsenburg een swingend Eldorado te maken.
Swingen heeft namelijk ook nog een heel andere betekenis; een intieme seksuele relatie tussen twee of meerdere stelletjes. Niet stiekem vreemdgaan dus!
Ik denk niet dat de motto-makers van ‘Knotsenburg swingt de pan uut’ zich hebben laten leiden door deze betekenis. Dan was ‘Knotsenburg swingt als een tiet’ misschien passender geweest. De traditionele katholieke roots zijn gelukkig nog niet helemaal weg.
Een swingend Knotsenburg is het mooiste wat er is. Je wilt carnaval vieren, duikt de stad in, ziet mensen die uitbundig feest vieren en denkt daar wil ik bij zijn, daar wil ik bij horen.
Je hoort de muziek en dan kruupt er iets ien je omhoog. Het begint altijd met een tinteling in je voeten, die volledig autonoom uit zich zelf het ritme vinden en los komen van de vloer. Je benen volgen vanzelf en binnen de kortst mogelijke keren deint je hele lijf en ga je helemaal los. Je bent niet meer te houden, het verstand gaat op nul en voordat je het beseft maak je deel uit van één grote deinende massa.
Die massa zie je niet, want je hersens creëren een eigen universum en in extase vergeet je alles en iedereen. Behalve natuurlijk je danspartner of danspartners. In al het gekrioel willen die nog wel eens wisselen. Op zo’n leuk feestje kun je zo maar uren swingend blijven hangen. Sommigen gaan er dan juist bij liggen. Het is maar hoe je `swingen` interpreteert.
Je kunt ook een kroeg iets verderop opzoeken waar heel andere muziek klinkt. Waar deinende mensen zich luid zingend bij de hand pakken, elkaar in de ogen kijken en vier dagen lang samen wat willen beleven, al motte ze krupe, al zijn ze zo muui als een maoi. Als ze dan dromen dat ze de prins zijn en Prins Stijn met kabinet onder het tjing boem van een dweilorkest in een polonaise hatseflats binnenvalt, gaan al die hendjes spontaan de lucht in.
Grote kans dat je je er niet meer tussen kunt wurmen. Niks aan de hand, dan ga je toch de straat op! Op heel wat hoeken staan dweilorkesten die je toeterend de weg wijzen. Op verwarmde terrassen is het goed toeven en loop je zo maar oude bekenden tegen het lijf. Aan de statafels kun je lekker ouwehoeren, oude koeien uit de sloot halen of oeverloos nuilen. Niet zo swingend, maar wel hartstikke gezellig. Vanaf praktisch elke plek zie je de Stevenstoren, heur je haar klokken slaon en weet je dat je tuus bent. En dan voel je je een oogwenk ook tuus. Elke Nijmegenaar kan Knotsenburger zijn. Niemand wordt buitengesloten!
Als het Federatiebestuur de honderden Knotsenburgse vlaggen en banieren in de kleuren zwart, rood en geel nou ook nog eens uit de mottenballen haalt en in de straten en vanaf de Stevenstoren laat wapperen vind je blindelings de weg van tuus naar huus.
Door maar weer, van café naar café, of onder aanvoering van de Prins lekker gaan Feurdweile om de kroegen op te warmen voor het feest dat komen gaat. Grote kans dat je wordt uitgeroepen tot ‘Veurste Dweil’. Da’s trouwens wel een eretitel en die krijg je niet zomaar!
Waaraan je wel zomaar mee kunt doen is de Ummegang. Nee, geen ouderwetse processie van kluizenaars, blotevoetenpaters of kuise nonnen, maar een aan alle kanten swingende milieuvriendelijke optocht zonder vieze stinkende luchtjes. Aan de kant blijven staan is eigenlijk passé, meedoen is het devies. Dus laat je gaan, kruip uit je schulp en swing alleen of met je vriendengroepje mee. Carnaval in Rio is een mooi voorbeeld. Maar als je geen samba of calypso op straat wilt dansen, mag je ook walsen met je lief, een tango op de kinderkopjes leggen of als bloemetjesgordijn meelopen. Iedereen swingt op zijn eigen manier. Alles mag, nou ja alles?
Ook voor een moment van inkeer en contemplatie is gezorgd. Tijdens de carnvalsmis kun je even tot rust komen en je afvragen of die Bunga-Bunga-Party in de nachtelijke uren nou wel zo heel verstandig was terwijl ‘moeder `t is weer mis’ nog steeds nagalmt in je beneveld hoofd.
Met een beetje geluk en tussenkomst van de eeuwige Bernhard van Welzenes zijn al je zonden met een klets wijwaalwater in een handomdraai van hogerhand vergeven. Of thuis pek en veren wachten blijft de vraag.
Tijdens de Boerenbruiloft kun je vervolgens de kunst afkijken van een harmonieuze maar wel on-echtelijke carnavalsverbintenis.
En mocht je denken daar heb ik schijt aan, ik zit toch anders in elkaar, is dinsdag de dag waarop je ook door een roze bril en op een roze wolk tot de ontdekking komt dat aan de rand van Knotsenburg toch de mooiste bloemen bloeien.
Hoe het ook afloopt, in ieder geval kun je ’s morgens je honger stillen op het Prinsenontbijt waarvoor heel wat zoete broodjes gebakken zijn.
Zelfs de verschillende zittingen swingen de pan uit. Op zo’n zitting sta je trouwens meer dan dat je zit. Bij een knallende act zelfs bovenop de tafel. Keus genoeg; herenzitting, dameszitting, Rijnlandse zitting, gemeenschappelijke zitting. Of ga naar het songfestival waar nieuwe swingende Nimweegse carnavalsliedjes het daglicht zien. Het Hofbal swingt in glitter en glamour sowieso. Bij het Wermblaosen beginnen je tenen te tintelen.
Als je het allemaal optelt, zingt en swingt Knotsenburg met al die verschillende ingrediënten de pan uut. Een pannetje waar je ingetrokken wordt of je het nou wel of niet wilt. Aan dat unieke gerecht raak je binnen de kortste keren hartstikke verslaafd. Je hoeft er alleen maar van te proeven, je leven wordt alleen maar veel mooier en je krijgt er eenmaal opgewarmd geheid kiepefel van!
Carolus
Meer columns lezen van Carolus? Lees hier de voorgaande column.