Nijmeegse freestyle-halfpipe-skiester Isabelle Hanssen begint kort geding om olympisch startbewijs

Sport
Van onze redactie
20 januari 2022

De freestyle halfpipe skiester Isabelle Hanssen, afkomstig uit Nijmegen, heeft via haar advocaat Cor Hellingman een kort geding aangespannen tegen de Nederlandse Ski Vereniging, NSkiV. De spoedprocedure dient morgen om 10.00 uur in Utrecht.

Inzet van het kort geding is een startbewijs voor de Olympische Spelen in Beijing, waarvoor Hanssen door de NSkiV voorgedragen wil worden bij NOC*NSF. De 27-jarige Nijmeegse voldeed deze winter voor de derde keer aan de internationale eisen van het IOC voor deelname. NSkiV weigert haar echter voor te dragen, waar het samen met NOC*NSF eerder deze week wel een uitzondering maakte voor alpineskiër Maarten Meiners en snowboardster Michelle Dekker.

Voor Hanssen was het een bittere pil dat ze zich voor de derde editie op rij volgens de eisen van het IOC kwalificeerde voor de Olympische Spelen, maar door de aanvullende eisen van NOC*NSF niet wordt uitgezonden. “Wat mij nu vooral steekt is de ongelijkheid in dit proces”, laat Hanssen in een verklaring weten. “Ik ben me er volledig van bewust dat regels en limieten er niet voor niets zijn. Daarbij gun ik Maarten en Michelle hun deelname aan de Spelen ontzettend. Maar niet alleen is die droom bij mij net zo groot, ik werk er ook al ruim tien jaar net zo hard voor én ben van mening dat ik minstens zoveel aan de eisen voldoe als zij en ook zeker zoveel problemen heb ondervonden met covid. Ik wil dus op een gelijke manier behandeld worden.”

Hanssen probeerde in een schrijven naar NSkiV de bond al te overtuigen om ook haar voor te dragen bij NOC*NSF, maar kreeg nul op het rekest. Ze ziet nu dan ook geen andere weg dan een kort geding. “In tegenstelling tot andere wintersporten, en daarbij zelfs sporten die onder mijn eigen bond vallen, heb ik nooit ondersteuning gehad van mijn bond. Ik heb alles altijd zelf moeten faciliteren, waardoor ik ook eigenlijk altijd al met 0-1 achterstond ten opzichte van internationale concurrenten, die in de meeste gevallen ook nog eens met veel lagere prestatie-eisen te maken hebben. Door covid zijn er ook nog eens allerlei extra problemen ontstaan, die ik ook allemaal zelf heb moeten oplossen.”

De nationale bond werkt niet alleen niet mee, in zekere zin werkte zo ook tegen. “Naast dat ik alles zelf heb moeten regelen, stuurde de bond mij de bij hen binnengekomen wijzigingen van quota-lijst die van belang was voor kwalificatie bijvoorbeeld niet door voorafgaand aan dit seizoen. Aan de WK van afgelopen seizoen, waar ook punten te verdienen waren en ik ook een kans zou hebben op een top-8 klassering, mocht ik niet deelnemen omdat ik me niet gekwalificeerd had. Door corona waren de kwalificatiewedstrijden er echter niet en de bond weigerde me alsnog te laten starten. En in september vergat de bond mij zelfs uit te laten nodigen voor een pre-olympische bijeenkomst met alle wintersporters van TeamNL. Dat doet vermoeden dat de bond mij nooit serieus heeft genomen. Ik denk dat ik het verdien dat dat nu wel eens gaat gebeuren.”


Dit bericht delen:

Lees ook
Advertenties