[Column] Dè es so! Hollandse hufters en winters wit

Nathalie
8 februari 2021
Het waren me de weekjes wel! Ons saaie, voortkabbelende bestaan werd plots opgeschrikt door wat reuring. Als eerste door de oproep tot rellen in ons wonderschone stadje. Aanleiding: de invoering van de avondklok. Gelukkig deed onze burgervader Bruls zijn achternaam en nevenfunctie eer aan en wist het gespuis vakkundig buiten de stad te houden.
Dat de avondklok bij velen slechts het beeld van de Tweede Wereldoorlog opriep, is niet geheel terecht. De avondklok is al eeuwen een middel in de strijd tegen besmettelijke ziekten, maar ook voor ordehandhaving. Zodra het donker werd, werd de Middeleeuwse bevolking door middel van de kerkklok gewaarschuwd zich richting de stadspoorten te begeven, aangezien deze spoedig zouden sluiten. Ook was het een waarschuwing voor gespuis om subiet diezelfde stad te verlaten.

Daarnaast werd de avondklok geluid als teken voor de kastelein om het fust dicht te draaien. Hieruit vloeide de uitdrukking ‘bel voor de laatste ronde’ voort. Dat degene die in de modernere tijd aan de ‘kroegbel’ trekt een rondje aan alle gasten moet geven, werd een medestudent tijdens de introductieweek van ’97 pijnlijk duidelijk toen de rekening van ruim honderd gulden aan hem werd gepresenteerd! Aangezien hij deze niet kon betalen, bood de cafébaas een ludiek alternatief dat hem nog een eeuwigheid zal heugen. Ik weet het ondanks mijn destijds benevelde toestand namelijk ook nog: je eigen legerkistje volgetapt met bier soldaat maken, gaat je niet in je koude kleren zitten!

De consternatie van de avondklok maakte inmiddels plaats voor het oeverloze gezwam over de dreiging van het wassende water. Maar toch was het een welkome afwisseling op al het corona-gezwets van de afgelopen tijd. Middels blogs en drones werden we van minuut tot minuut op de hoogte gehouden van het laatste nieuws over de waterstand. Toegegeven, het leverde een aantal prachtige plaatjes op, maar een heel bijzonder natuurverschijnsel, gezien de plek waar wij ons op deze aardkloot bevinden, is het natuurlijk niet. Bijzonder is wel hoe wij de natuurwetten trotseren doordat wij als gevolg van onze eigenwijsheid een megalomaan project als de Deltawerken haalbaar achtten.

En toen stonden we aan de vooravond van winters wit. En zoals altijd wanneer er iets spannends dreigt te gebeuren, is de Nederlander overweldigd en in staat van paraatheid. Code rood! En samen met de nieuwste hamstertrend die tot uitverkochte kaarsen leidde, heeft de saamhorigheid die we op dergelijke momenten voelen eigenlijk ook wel iets ‘gezelligs’. Opnieuw typisch Nederlands, aangezien er geen enkel buitenlands woord bestaat dat deze lading 100% dekt.

Jammer genoeg zijn we niet altijd gezellig: demonstraties die uitlopen op rellen, multi-interpretabel(e) klappen voor de zorgmedewerkers en eigengereid omgaan met het verplichte mondkapje door deze niet óver, maar ónder de neus te dragen, omdat het immers een móndkapje is, zijn slechts enkele voorbeelden. We zijn een wonderlijk volkje dat ruim twintig jaar geleden zo treffend werd bezongen in een lied waarvan de titel zelfs met de ruimste rekenkundige afronding niet meer klopt: 15 miljoen mensen*. ‘Op dat hele kleine stukje aarde, Die schrijf je niet de wetten voor, Die laat je in hun waarde.’

* Klik op de hyperlink voor de video

Meer columns van Nathalie lezen? Lees hier de voorgaande column.

 

 

 


Dit bericht delen:

Advertenties