Johan P. krijgt 20 jaar cel en tbs voor verkrachten en doden Mariska

Van onze redactie
4 mei 2016
De rechtbank heeft Johan P. vandaag veroordeeld tot 20 jaar cel en tbs. Johan P. was zelf niet aanwezig in de rechtszaal.
De rechtbank veroordeelde de 52-jarige Johan P. voor het verkrachten en doden van zijn nichtje, de 21-jarige Mariska Peters. Hij kreeg een gevangenisstraf van 20 jaar en tbs met dwangverpleging opgelegd. Daarbij vond de rechtbank bewezen dat hij haar heeft gedood om ervoor te zorgen dat hij niet zou worden gestraft voor de verkrachting van Mariska.

Verkracht en gewurgd

Op 22 februari 2015 vond de politie het levenloze lichaam van Mariska in de Hatertse Vennen. Uit sectie op haar lichaam bleek dat zij door verwurging om het leven is gekomen. P. heeft over wat precies is gebeurd is een beroep gedaan op zijn zwijgrecht. Maar de rechtbank oordeelt dat er voldoende bewijs is dat hij Mariska heeft verkracht en vervolgens heeft gewurgd. Volgens de rechtbank is niet bewezen dat hij dit met voorbedachte raad heeft gedaan. Daarom is er geen sprake van moord.

Zwijgen over toedracht

P. heeft zich schuldig gemaakt aan de meest ernstige strafbare feiten die het Wetboek van Strafrecht kent. Hij heeft zijn nichtje het meest kostbare bezit ontnomen: haar leven. De rechtbank weegt in de strafmaat mee dat de Nijmegenaar over de toedracht van de feiten heeft gezwegen. Ook heeft hij na de dood van Mariska onder meer Facebook-zoekacties georganiseerd, voorop gelopen in de stille tocht en troost gezocht bij de ouders van Mariska. Dit terwijl zij hem juist bij de resocialisatie in het kader van zijn tbs-traject hebben geholpen. Verder weegt de rechtbank mee dat P. al eerder een tbs-maatregel opgelegd heeft gekregen voor een zedendelict en nu opnieuw ernstig in de fout is gegaan.

Hogere straf

Bij deze zeer ernstige feiten past alleen een lange gevangenisstraf, waarbij de rechtbank een gevangenisstraf van 20 jaar gerechtvaardigd vindt. Dit is een hogere straf dan de eis van het Openbaar Ministerie. De Officier van Justitie had een celstraf van 15 jaar geëist.

Verminderd toerekeningsvatbaar

De rechtbank is verder van oordeel dat P. tijdens de feiten een stoornis had. Omdat al lange tijd sprake is van deze stoornis, is hij volgens de rechtbank verminderd toerekeningsvatbaar. Hiermee rekening houdend en het feit dat P. een gevaar is voor de samenleving, oordeelt de rechtbank dat oplegging van een nieuwe tbs-maatregel met dwangverpleging noodzakelijk is voor de veiligheid. Dit ondanks de nog lopende tbs. De duur van de nu opgelegde tbs is niet beperkt.

Tot slot moet P. een schadevergoeding aan de ouders van Mariska betalen voor de kosten in verband met grafrechten en het toekomstig onderhoud van haar graf. Het aanwezige publiek begon direct na het horen van de uitspraak luid te applaudisseren.
 
 

Dit bericht delen:

Advertenties